SEARCH
You are in browse mode. You must login to use MEMORY

   Log in to start

duits q4 pagina 146 en 147


🇳🇱  »  🇩🇪
Learn German From Dutch
Created:


Public
Created by:
Eva Zuhdy


0 / 5  (0 ratings)



» To start learning, click login

1 / 25

🇳🇱


het succes
🇩🇪


der erflog

Practice Known Questions

Stay up to date with your due questions

Complete 5 questions to enable practice

Exams

Exam: Test your skills

Test your skills in exam mode

Learn New Questions

Dynamic Modes

SmartIntelligent mix of all modes
CustomUse settings to weight dynamic modes

Manual Mode [BETA]

Select your own question and answer types
Specific modes

Learn with flashcards
Listening & SpellingSpelling: Type what you hear
multiple choiceMultiple choice mode
SpeakingPractice your speaking ability
Speaking & ListeningPractice pronunciation
TypingTyping only mode

duits q4 pagina 146 en 147 - Leaderboard

1 user has completed this course

No users have played this course yet, be the first


duits q4 pagina 146 en 147 - Details

Levels:

Questions:

70 questions
🇳🇱🇩🇪
Het succes
Der erflog
De rok
Der rock
De sieraden
Der schmuck
De stap
Der schritt
De verdienste
Der verdienst
Het contact
Der vertrag
De glamourwereld
Die glitzerwelt
De broek
Die hose
De blouse
Die bluse
De jas
Der jacke
De kleding
Die kleidung
Het geld
Die kohle
De schaduwzijde
Die schattenseite
De reclame
Die werbung
De doelgroep
Die zielgruppe
De jurk
Das kleid
De schoenen
Die schuhe
(aan)passen
Anprobieren
Platzak zijn
Blank sein
Succesvol
Erfolgreich
Het koopje
Das schnäppchen
Een maat groter
Eine Nummer gröẞer
Failliet
Pleite
Lucratief
Lukrativ
Mislukken
Scheitern
Duur
Teuer
Goedkoop
Günstig
Tegenkomen
Über den weg laufen
De boodschap
Der einkauf(, die einkäufe)
De kassabon
Der kassenzettel
De winkel
Der laden
De korting
Der rabatt
Het tijdschrift
Die zeitschrift
Het winkelcentrum
Das einkaufszentrum
De winkel, das
Das geschäft
Het tegoed
Das guthaben
Het wisselgeld
Das wechselgeld
Gaan winkelen
Einen einkaufsbummel machen
Inkopen doen
Einkaufen gehen
Geopend
Geöffnet
Gesloten
Geschlossen
Passen (de broek past)
Passen (die Hose passt)
Sparen
Sparen
Met geld omgaan
Mit Geld umgehen
Ruilen
Umtauchsen
Te krap
Zu eng
Te lang
Zu lang
Naar de kapper gaan
Zum friseur gehen
De huur
Die miete(, die mieten)
De rij
Die schlange(, die schlangen) (niet slang)
De verantwoording
Die verantwortung
Een eigen bankrekening hebben
Ein eigenes konto haben
De stage
Das praktikum
Inhouden
Abbuchen
Aanbieden
Anbieten
Contant betalen
Bar bezahlen
Blauw
Blau
Bruin
Braun
Kiezen
Sich entscheiden
Geel
Gelb
Groen
Grün
Oprichten
Gründen
Oranje
Orange
Rood
Rot
Tenslotte
Schlieẞlich
Zwart
Schwarz
Gebruiken
Verwenden
Paars
Violett
Wit
Weiẞ